Thematisch Netwerk Financiën bezoekt Brussel

Het volgende verslag is opgesteld door een van de leden van het Thematisch Netwerk Financiën:

Bezoek aan Brussel

Rond 08.00 uur verzamelde op Rotterdam Centraal een mooi groepje enthousiaste VVD’ers voor een werkbezoek aan Brussel. Het werkbezoek bestond uit een bezoek aan de European Banking Federation, een bezoek aan Europarlementariër Caroline Nagtegaal-van Doorn en een bezoek aan de Permanente Vertegenwoordiging van Nederland in Brussel. De sfeer zat er meteen goed in en iets later dan gepland, vertrok de bus naar Brussel.

Ondanks het ietwat latere vertrek, kwamen we op tijd aan bij de Europese Banking Federation (EBF). Het EBF is in 1960 opgericht met als doel de Europese bankensector stabiel en veilig te houden, zodat burgers, bedrijven en innovators hun dromen kunnen verwezenlijken. We kregen van CEO Wim Mijs een presentatie over het EBF, dat door 37 leden bestuurd wordt. Het EBF houdt zich onder meer bezig met kunstmatige intelligentie (navigatiesystemen; robotisering), betaalsystemen (PSD 2), bescherming van dataverkeer en de Bankenunie. Binnen het EBF zijn 32 nationale verenigingen van banken ondergebracht, waaronder ook de Nederlandse Vereniging van Banken (NVB). De meeste Nederlandse banken, zoals de ABN-AMRO en de Rabobank, zijn lid van de NVB. Bij het maken van beleid moet er rekening gehouden worden met de verschillende soorten banken en de politieke bescherming die ze kunnen genieten. In Duitsland en Italië genieten de banken een behoorlijke hoge bescherming van de politiek, terwijl dat in Nederland een stuk minder is. De Europese Banken staan op dit moment voor de uitdaging om voldoende ondersteuning te kunnen bieden aan het behalen van de klimaatdoelen van Parijs.

Naar aanleiding van de economische crisis van 2008 is de bankenunie opgericht. Om te zorgen voor financiële stabiliteit in Europa, berust de structuur van de bankenunie op drie belangrijke pijlers:

  1. De Bankenunie houdt centraal toezicht op de 120 Europese Banken.
  2. Resolutieauthoriteit: de Bankenunie zorgt voor een snelle en effectieve oplossing wanneer een bank valt of om dreigt te vallen.
  3. Europese garantiefonds (depositiestelsel). De Bankunie ziet er op toe dat er voldoende deposito (geld) bij de banken aanwezig is, zodat een bank minder kwetsbaar is om te vallen.

De eerste twee pijlers zijn uitgewerkt in het Single Rule Book en gelden voor alle banken in de Europese Unie. De derde pijler is een aanvullende pijler voor de banken die vallen binnen de 19 EURO-lidstaten. Banken rapporteren aan de bankenunie over de staat van hun financiën en over problemen zoals het witwassen van geld, terrorisme financiering en cybersecurity. Tijdens de presentatie was er ruimte om vragen te stellen.  De presentatie werd afgerond met een verwijzing naar de European Money Quiz, dat in het teken staat van de  ‘European Money Week 2019’.

Na het bezoek aan het EBF gingen we naar het Europees Parlement in Brussel. Hier hadden we een lunch en brachten we een bezoek aan VVD- Europarlementariër Caroline Nagtegaal–van Doorn. Zij is lid van de commissie voor Economische & Monetaire zaken (ECON) en de commissie voor Innovatie, Technologie, Research, Energie (ITRE). Binnen deze commissies wordt op basis van alle beschikbare informatie een standpunt ingenomen ten aanzien van allerlei ontwikkelingen, zoals de groei en opkomst van China, de VS, de Brexit, en de zomer- en wintertijd. Informatie van het EBF is bij de besluitvorming hierover van harte welkom.

Voor de VVD is Europa een samenlevingsverband van meerdere lidstaten, waarbij het van belang is dat alle lidstaten hun zaakjes op orde hebben. Dit brengt een sterke economie met zich mee en voorkomt dat andere lidstaten moeten bijspringen als een lidstaat een tekort heeft. De EU is daarnaast ook een kenniseconomie waar vrij ondernemerschap de ruimte moet krijgen. De VVD is gericht op handel, een open grenzen beleid en is kritisch op de EU-begroting: ‘Waar moet EU-geld naar toe?’ Volgens Caroline Nagtegaal-van Doorn moet op dit moment met name EU-geld naar defensie en innovatie. Met betrekking tot de ontwikkelingen in China lijkt er sprake te zijn van een liberale paradox. Alhoewel de VVD staat voor een open economie en interne markt, wil het samenwerken en handel drijven met China dat een gesloten economisch systeem heeft.

Het besluitvormingsproces verloopt binnen de EU vaak traag. Dit kan versneld worden door sterke EU- voorzitters, beter functioneren van het Europees Parlement en een coalitie van de Hanzelanden, the coalition of the willing. Deze coalitie bestaat uit landen, waaronder Nederland,  die willen streven naar een betere economie en samenwerking in de EU. Het uiteindelijk besluitvormingsproces vindt plaats tussen de driehoek Europees Parlement, Europese Commissie en de Europese Raad. Het bezoek werd afgerond met een rondleiding in het Europees Parlement.

Ten slotte werd er nog een bezoek gebracht aan de Permanente Vertegenwoordiging (PV) van Nederland in Brussel. De Permanente Vertegenwoordiging is een soort ‘mini’ Den Haag: alle Nederlandse ministeries zijn vertegenwoordigd binnen de PV, behalve het ministerie van Algemene Zaken (AZ). Dit komt doordat AZ geen eigen beleidsterrein heeft, al heeft de Minister-president namens dit ministerie veelvuldig contact met het PV. Wil het PV iets voor elkaar te krijgen, dan is zowel medewerking van de pers als van het parlement van essentieel belang. Op de begroting van de PV voor de komende jaren staan de volgende drie punten:

  1. Modernisering van de begroting. Er moet meer geld naar veiligheid en innovatie en minder naar landbouw. De landbouw moet duurzamer worden.
  2. Lagere uitgaven vanwege de Brexit.
  3.  Korting op afdrachten die Nederland in de EU heeft, behouden.

Mochten de Britten de Europese Unie verlaten, dan verliest Nederland een belangrijke partner binnen de Europese Unie. Hierom is Nederland op zoek gegaan naar nieuwe coalities binnen de Europese Unie, de Hanze-groep. De Hanze-groep komt regelmatig bij elkaar om tot gezamenlijke afspraken te komen. De Fransen vinden het maar wat raar dat Nederland dit doet, omdat dit zou kunnen zorgen voor een tweedeling binnen de EU. Dit is echter niet wat Nederland en de Hanzelanden op het oog hebben, ze willen juist samenwerken met andere landen, waaronder ook met Frankrijk.

Kortom, het was al met al een leuk en interessant dagje Brussel, waarbij nieuwe kennis en inzichten zijn opgedaan. Het is mooi om te zien hoe de verschillende instanties op hun eigen wijze betrokken zijn bij dezelfde internationale zaken en ontwikkelingen. Wellicht heeft dit werkbezoek ook meer inzicht geboden in hoe de politiek in Nederland werkt. Dit alles is zeker een volgend bezoek waard!